Op 5 Juli kwamen 14 bedrijven uit het Noorden van het land bijeen het Hotel Van der Valk in Drachten om kennis te maken met Lean. De deelnemers voerden enkele belangrijke discussies:
Over voorraad is veel gesproken tijdens en na de sessie. Volgens de Lean-gedachte is (tussen)voorraad eigenlijk verspilling. Een hele kleine voorraad is soms noodzakelijk, maar als het enigszins mogelijk is zou (tussen)voorraad moeten worden voorkomen. Dit stuit nogal eens op een reactie die begint met “Ja, maar …”.
De argumenten om voorraad zoveel mogelijk te elimineren nog eens op een rij:
Argumenten om toch (meer dan strikt noodzakelijke) voorraad aan te houden:
`Wij moeten wel in batches produceren en dus met tussenvoorraad werken, anders kan het niet uit. Onze omsteltijden zijn immers te lang om telkens één stuk van een product te maken!´ Uiteraard is het niet verstandig om in één keer de voorraad maar te halveren omdat lean zegt dat dat moet. Maar hoe goed is er gekeken naar de omsteltijden? Kan het echt niet sneller? Staat alles klaar voor het omstellen? Zijn mensen getraind? Wat kan vooraf worden gedaan? Voegt alles tijdens het omstellen waarde toe?
Wanneer men zich realiseert dat het halveren van omsteltijd ook een halvering in de voorraad zou kunnen betekenen, rijst de vraag: Wat levert dat dan op? Hiermee komen we op het tweede argument: “Voorraad kost relatief weinig, minder dan productie… en het zorgt wel dat alles door loopt, ook bij problemen!”.
Zo geredeneerd levert voorraad geld op, men staat immers minder stil en dat is goed. Op de lange termijn is dat niet juist. Door de voorraad wordt het proces niet beter en blijven fouten bestaan. En wat kosten die? Weet u wat uw kosten zijn van re-work, crediteren of omzetverlies door ontevreden klanten?
Dat voorraad relatief weinig kost is bovendien discutabel. Meestal wordt dan vooral de ruimte bedoeld die de voorraad inneemt. “Die ruimte hebben we toch, dus dat kost niets.. extra..”. We zetten alle mogelijke kosten van voorraad op een rij:
Is voorraad relatief goedkoop?